Gids voor de werkgever - Editie 2025

48 20. Beroepsverplaatsingen met de eigen wagen Werknemers die van een persoonlijk voertuig gebruik maken voor verplaatsingen in opdracht van de werkgever kunnen een door de fiscus aanvaarde forfaitaire netto kostenvergoeding ontvangen ongeacht de functie of graad en het vervoermiddel (motorfiets, motor of auto) en ongeacht de waarde of het vermogen van het gebruikte voertuig. Voor de periode van 1 januari tot en met 31 maart 2025 is het bedrag voor de kilometervergoeding vastgesteld op 0,4290 EUR per kilometer (tegenover 0,4293 euro/km in het voorgaande kwartaal). Dit bedrag wordt elk kwartaal geïndexeerd. Het bedrag kan worden opgetrokken in uitzonderlijke omstandigheden indien deze een hogere kost rechtvaardigen (grote herstellingen, abnormaal brandstof- en olieverbruik ingevolge de ouderdom van het voertuig enzovoort). Naast de beperking van 0,4290 EUR per kilometer mag het jaarlijks aantal afgelegde kilometers niet meer dan 24.000 bedragen. Wanneer die grens overschreden wordt, moet de verkrijger bewijsstukken voorleggen om het bedrag van de toegekende vergoeding te verantwoorden. Dat is onder meer het geval voor handelsreizigers en -vertegenwoordigers die veel kilometers afleggen. Er worden in dat geval documenten in verband met de benzine-, garage-, financierings-, verzekeringskosten en taksen vereist. 21. Het privégebruik van een bedrijfswagen Indien een werknemer een bedrijfswagen ook voor privédoeleinden mag gebruiken (ook het woonwerkverkeer valt hieronder), dan wordt dit beschouwd als een voordeel van alle aard. FISCALE REGELING Wanneer een werknemer een bedrijfswagen privé mag gebruiken, dan moet dit voordeel fiscaal gewaardeerd worden en wordt dit bedrag bij het belastbaar loon geteld voor de berekening van de bedrijfsvoorheffing (tenzij de werknemer voor het privégebruik van de bedrijfswagen een vergoeding betaalt die tenminste gelijk is aan dit bedrag). Er wordt geen rekening gehouden met het aantal privékilometers, maar met de cataloguswaarde. De onderstaande formule wordt toegepast: (cataloguswaarde x 6/7) x CO2-coëfficiënt De cataloguswaarde Voor alle wagens, dus ook voor tweedehands wagens, wordt rekening gehouden met “de catalogusprijs van het voertuig in nieuwe staat bij verkoop aan een particulier, inclusief opties en werkelijk betaalde BTW, zonder rekening te houden met enige korting of vermindering”. Bijvoorbeeld: de cataloguswaarde van een bepaald voertuig bedraagt 30.000 EUR exclusief BTW en hierop wordt een korting gegeven van 3.000 EUR. In dit concreet geval bedraagt de werkelijk betaalde BTW 5.670 EUR (namelijk 21% op de met de korting verminderde cataloguswaarde van 27.000 EUR) en niet 6.300 EUR (zijnde 21% op de cataloguswaarde van 30.000 EUR). Voor de berekening van het voordeel moet dus in dit geval rekening gehouden worden met een totaal bedrag van 35.670 EUR (zijnde de cataloguswaarde van 30.000 EUR zonder rekening te houden met enige korting verhoogd met de werkelijk betaalde BTW van 5.670 EUR).

RkJQdWJsaXNoZXIy MzcyMTQ3