Gids voor de werkgever - Editie 2025

34 8. Het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag Oudere werknemers die ontslagen worden, kunnen in sommige gevallen in een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) treden. Om recht te hebben op werkloosheid met bedrijfstoeslag moet de ontslagen werknemer een bepaalde leeftijd hebben en afhankelijk van zijn leeftijd een aantal jaren beroepsverleden als loontrekkende kunnen bewijzen. De werknemers moeten in principe 62 jaar of ouder zijn. Onder bepaalde uitzonderlijke voorwaarden blijft SWT op een jongere leeftijd mogelijk. De werkloze met bedrijfstoeslag ontvangt bovenop zijn werkloosheidsuitkering van de werkgever of van het Fonds van de sector een bedrijfstoeslag tot aan de pensioenleeftijd. Het gedeelte van de werkloosheidsuitkeringen wordt berekend zoals de uitkeringen voor werklozen. De bedrijfstoeslag is gelijk aan de helft van het verschil tussen het netto referteloon en de werkloosheidsuitkering. Dit netto referteloon is het bruto maandloon, begrensd tot 5.147,89 EUR (vanaf 1/02/2025), verminderd met de persoonlijke socialezekerheidsbijdragen en de bedrijfsvoorheffing. De werknemers die vóór de leeftijd van 62 jaar in een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag treden, moeten gedurende 36 maanden vervangen worden door een uitkeringsgerechtigde volledig werkloze of een daarmee gelijkgestelde. Indien de werkloze met bedrijfstoeslag het werk hervat bij een andere werkgever of als zelfstandige dan wordt zijn werkloosheidsvergoeding stopgezet maar de werkgever die hem ontslagen heeft met het oog op SWT moet de aanvullende vergoeding verder blijven betalen. 9. De volledige werkloosheid BEDRAG VAN DE WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN Het bedrag van de werkloosheidsuitkeringen hangt af van de loongrens, de gezinstoestand van de werkloze en de duur van de werkloosheid. Er zijn vier loongrenzen waarmee rekening moet worden gehouden bij de berekening van de uitkering (bedragen 1 februari 2025): Loongrenzen Periode volledige werkloosheid Bedrag per maand Hoogste loongrens Vanaf 1e tem 6e maand 3.432,38 EUR Middelste loongrens Vanaf 7e tem 12e maand 3.199,04 EUR Laagste loongrens Vanaf 13e maand voor samenwonenden met of zonder gezinslast 2.989,43 EUR Specifieke loongrens Vanaf 13e maand voor alleenwonenden 2.924,37 EUR Percentage berekend op de loongrenzen De volgende percentages gelden voor werklozen tijdens de eerste periode (12 maanden) van werkloosheid: Maand 1-3 Maand 4-6 Maand 7-12 Alle werklozen 65% op de hoogste loongrens 60% op de hoogste loongrens 60% op de intermediaire loongrens Tijdens de tweede periode dalen deze percentages geleidelijk, om uiteindelijk in de derde periode vervangen te worden door een forfaitair bedrag, afhankelijk van de gezinssituatie.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzcyMTQ3