CLB Nieuws november / december 2022

3. De fiscale aftrekbaarheid van de autokosten 3.1 De aftrekbaarheid van de installatie van de laadpaal Om de installatie van openbare laadstations te bevorderen, bepaalt de wetgeving dat de kosten in verband met laadstations tot het inkomstenjaar 2029 voor 100% fiscaal aftrekbaar blijven in de vennootschapsbelasting. Vanaf het inkomstenjaar 2030 wordt de belastingaftrek voor laadstations beperkt tot 75%. Daarnaast kunnen ondernemingen/werkgevers ook genieten van een verhoogde aftrek van de afschrijving van nieuwe laadstations die voor het publiek toegankelijk zijn. Deze verhoogde aftrek van de afschrijving ziet er uit als volgt: • 1 september 2021 t.e.m. 31 maart 2023 - 200% aftrekbaar • 1 april 2023 t.e.m. 31 augustus 2024 - 150% aftrekbaar Om deze verhoogde kostenaftrek te genieten, heeft de wetgever voorwaarden voorgeschreven die cumulatief moeten worden vervuld. Dit zijn de belangrijkste voorwaarden: • het laadstation moet lineair over minstens 5 belastbare tijdperken worden afgeschreven; • het laadstation moet vrij toegankelijk zijn ten minste tijdens de gangbare openingstijden, dan wel tijdens de sluitingstijden van de onderneming; • het laadstation moet intelligent zijn zodat de laadtijd en het laadvermogen kunnen worden geregistreerd. 3.2 De kosten van het beroepsmatig gebruik van de wagen Voor emissievrije wagens die vóór 1 januari 2027 worden besteld, wordt de huidige regeling gehandhaafd en blijven deze wagens voor 100% aftrekbaar in de vennootschapsbelasting. Voor emissievrije wagens die vanaf 1 januari 2027 worden besteld, wordt de belastingaftrek stapsgewijs beperkt tot 67,5% voor het inkomstenjaar 2031. De belastingaftrek die op de wagen van toepassing is, wordt dus bepaald door het inkomstenjaar waarin de wagen werd besteld: • aangeschaft vanaf 2027: 95% aftrek; • aangeschaft vanaf 2028: 90% aftrek; • aangeschaft vanaf 2029: 82,5% aftrek; • aangeschaft vanaf 2030: 75% aftrek; • aangeschaft vanaf 2031: 67,5% aftrek. 3.3 De kosten verbonden aan het privégebruik van een bedrijfswagen Voor de elektrische wagen geldt dezelfde regel als voor benzine- of dieselwagens, met name dat de kosten gekoppeld aan het privégebruik van het voertuig door de werknemer volledig aftrekbaar zijn. 4. Laadstations en laadpunten en de (terug)betaling door de werkgever Er bestaan 3 manieren van opladen: • laadkabel/snoer: dit is de kabel waarmee een elektrisch voertuig kan worden opgeladen in een standaard stopcontact voor huishoudelijk gebruik. Deze oplaadmethode is gemakkelijk te gebruiken. Er moet worden nagegaan of de elektrische installatie aan de voorschriften voldoet. De oplaadtijd van het voertuig zal langer zijn, aangezien de stroomsterkte beperkt is; • het thuislaadstation of de "wallbox": dit is een laadstation dat aan de muur wordt bevestigd. Deze manier van opladen is veiliger en sneller dan het oplaadsnoer. • het openbare laadstation: dit is een laadstation dat toegankelijk is in bijvoorbeeld het bedrijf van de werknemer, een winkelcentrum, een benzinestation of zelfs in het stadscentrum. Het doel van de wetgever is de installatie van dit soort laadstations aan te moedigen door te voorzien in een verhoogde aftrek van de kosten. Sociaal Secretariaat 5

RkJQdWJsaXNoZXIy MzcyMTQ3