CLB Nieuws mei /juni 2020

Responsabiliseringbijdrage vanaf 1 april 2020 indien geen voorrang gegeven wordt aan deeltijdse werknemers Wanneer een deeltijdse werknemer zijn werkgever erom vraagt, moet een openstaande voltijdse betrekking of een vrije deeltijdse betrekking met meer uren bij voorrang aan deze deeltijdse werknemer toegekend worden. Dit principe geldt voor alle deeltijdse werknemers. Deeltijdse werknemers met een IGU (inkomensgarantie-uitke- ring), zijn zelfs verplicht om bij hun werkgever een aanvraag voor een voltijdse betrekking of een deeltijdse betrekking met meer uren in te dienen. Dit is immers één van de voorwaarden om recht te kunnen hebben op deze uitkering. Indien u als werkgever een openstaande betrekking niet bij voor- rang toekent aan een deeltijdse werknemer met inkomensgaran- tie-uitkering (IGU), bent u vanaf het 2de kwartaal van 2020 een responsabiliseringsbijdrage verschuldigd. Uitzonderingen Deze regeling is niet van toepassing op: • arbeidsovereenkomsten gesloten vóór 1 januari 2018; • uitzendkrachten; • werknemers tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst voor dienstencheques; • gelegenheidswerknemers; • werknemers die niet vallen onder de wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. Procedure tussen werkgever en werknemer De deeltijdse werknemer die een voltijdse of deeltijdse betrek- king met meer uren wil, brengt zijn werkgever hiervan schriftelijk op de hoogte. De werkgever moet bij het begin van de tewerk- stelling dit ook meedelen via de ASR. De werkgever bevestigt schriftelijk de ontvangst van die aan- vraag. In die bevestiging moet de werkgever uitdrukkelijk ver- melden dat hij de werknemer van elke relevante vacante voltijdse of deeltijdse betrekking op de hoogte zal stellen. De werkgever moet de aanvraag en een kopie van de ontvangstbevestiging bewaren. De werkgever is ertoe verplicht om zijn werknemer van elke vacante voltijdse (of deeltijdse) betrekking die verband houdt met dezelfde, door de deeltijdse werknemer uitgeoefende, functie en waarvoor de werknemer de vereiste kwalificaties bezit, op de hoogte te brengen. De mededeling moet alleen gebeuren als de vacante betrekking tot gevolg heeft dat de arbeidsregeling wordt verhoogd gedu- rende een ononderbroken periode van minstens één maand of voor onbepaalde tijd, en dit door aanpassing van de bestaande arbeidsovereenkomst of door een nieuwe arbeidsovereenkomst. De werkgever moet de mededeling van de vacante betrekking versturen binnen de maand nadat de betrekking vacant werd verklaard, hetzij via een aangetekende brief, op elektronische wijze met ontvangstbevestiging of door overhandiging van een geschrift dat ondertekend wordt voor ontvangst. Deze mededeling moet gedurende 7 jaar worden bewaard en moet de volgende gegevens bevatten: • een beknopte beschrijving van de functie; • de duur van de overeenkomst; • de arbeidsregeling en het uurrooster; • de plaats van tewerkstelling. De mededeling vermeldt ook de termijn waarbinnen de deel- tijdse werknemer dient te reageren, zonder dat dit minder dan een week of langer dan een maand kan zijn. Als de werknemer weigert, moet de werkgever dit aangeven in de ASR. Indien u klant bent van CLB Sociaal Secretariaat kunnen wij hiervoor zorgen, maar u dient dan wel aan uw deeltijdse werk- nemers te vragen of zij een IGU genieten, en deze informa- tie zo vlug mogelijk mee te delen aan uw dossierbeheerder. Werkwijze RSZ De RSZ zal nagaan of het arbeidsvolume is toegenomen in de bedrijven waar werknemers met een IGU worden tewerkgesteld. De responsabiliseringsbijdrage is verschuldigd vanaf het kwartaal dat volgt op de 4 kwartalen waarin minstens één bijkomend uur beschikbaar was en geen enkele deeltijdse werknemer die de voorwaarden vervulde, bij voorrang het beschikbare bijkomende uur of de beschikbare bijkomende uren kreeg toegekend om zijn arbeidstijd te verhogen. Werkgevers waarbij geen enkele deeltijdse werknemer met een IGU voor het betrokken kwartaal zijn contractueel gemiddelde wekelijkse arbeidsduur heeft zien toenemen met ten minste één uur, zullen in een lijst worden opgenomen. Vervolgens zal de RSZ de werkgevers die op de lijst staan aanschrijven met het verzoek om verantwoording te bieden binnen de maand. Sanctie: responsabiliseringsbijdrage Indien de werkgever deze verplichtingen niet naleeft, zal hij een responsabiliseringsbijdrage van € 25 per maand en per werkne- mer verschuldigd zijn. Aangezien de bijdrage voor een volledig kwartaal verschuldigd is, bedraagt de bijdrage € 75 per kwartaal. Deze verplichtingen kunnen met ingang van 1 april 2019 gecon- troleerd worden. De responsabiliseringsbijdrage zelf zal echter pas ten vroegste vanaf 1 april 2020 verschuldigd zijn. 13 Consult