CLB Nieuws november december

Vrijstelling van doorstorting bedrijfsvoorheffing voor startende ondernemingen Sinds enkele jaren kunnen startende ondernemingen genieten van een specifieke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor starters. In dit artikel geven wij u nogmaals een overzicht van de voornaamste voorwaarden voor de toepassing van deze steunmaatregel. 1. Voor welke werkgevers geldt deze vrijstelling? De werkgever moet onder het toepassingsgebied van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités vallen. De werkgever mag maximum 48 maanden in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) ingeschreven zijn. De vrijstelling geldt gedurende de eerste 48 maanden van de opstartfase en begint vanaf de eerste dag van de maand volgend op de eerste inschrijving van de werkgever in de Kruispuntbank. Wanneer de werkgever een werkzaamheid verderzet die voorheen werd uitgeoefend door een natuurlijke persoon of een andere rechtspersoon, vangt de termijn van 48 maanden aan op de eerste dag van de maand volgend op de oorspronkelijke inschrijving in de Kruispuntbank door die natuurlijke persoon of rechtspersoon. Daarnaast moet de werkgever beschouwd kunnen worden als een kleine vennootschap of een microvennootschap zoals beschreven in het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, ofwel als een natuurlijke persoon die op overeenkomstige wijze beantwoordt aan deze criteria. Ondernemingen in moeilijkheden, bijvoorbeeld onder- nemingen voor wie een procedure van gerechtelijke reorganisatie of een vordering tot faillietverklaring is ingesteld, komen niet in aanmerking voor de maatregel. Een kleine vennootschap is een vennootschap met rechtspersoonlijkheid die op balansdatum van het laatst afgesloten boekjaar niet meer dan één van de volgende criteria overschrijdt: • jaargemiddelde van het personeelsbestand: maximum 50; • jaaromzet (excl. btw): maximum € 9.000.000; • balanstotaal: maximum € 4.500.000. In geval van onderling verbonden vennootschappen moeten deze criteria op geconsolideerde basis berekend worden. Wanneer meer dan één van deze criteria overschreden worden of niet meer overschreden worden, dan heeft dit slechts gevolgen wanneer dit zich gedurende twee opeenvolgende boekjaren voordoet. Een microvennootschap is een vennootschap met rechtspersoonlijkheid die op datum van de jaarafsluiting geen dochtervennootschap of moedervennootschap is en die niet meer dan één van de volgende criteria overschrijdt: • jaargemiddelde van het personeelsbestand: maximum 10; • jaaromzet (excl. btw): maximum € 700.000; • balanstotaal: maximum € 350.000. 4 Sociaal Secretariaat