CLB Nieuws maart / april 2020
Betaalt u vanaf 1 februari 2020 meer vervoerskosten aan uw werknemers? Naar jaarlijkse gewoonte hebben de NMBS en De Lijn hun tarieven aangepast met ingang van 1 februari 2020. In sommige gevallen moet u hierdoor ook meer vervoerskosten betalen aan uw werknemers. 1. Openbaar vervoer per trein Komen uw werknemers met de trein werken, dan bent u verplicht om een tussenkomst in de vervoerskosten te betalen. Is in uw sector geen regeling voorzien of verwijst de regeling in uw sector naar de vaste tarieven van cao 19/9 van de NAR, dan wijzigt er op 1 februari 2020 niets. De werkgeverstussenkomst in de prijs van de treinkaart werd reeds op 1 juli 2019 aangepast. Indien in uw sector voorzien is dat de werkgeverstussenkomst gebaseerd is op de werkelijke prijzen van de treinkaarten van de NMBS, dan heeft dit mogelijk wel een stijging van uw tussenkomst in de vervoerskosten tot gevolg. Ook in de sectoren die voorzien dat de werkgever een derdebetalersregeling met de NMBS moet afsluiten, heeft de verhoging van de NMBS-tarieven gevolgen. De werkgever betaalt in dat systeem immers minstens 80% van de kostprijs van het treinabonnement rechtstreeks aan de NMBS. Het overige gedeelte wordt rechtstreeks door de overheid betaald. 2. Ander openbaar vervoer Ook de werknemers die met de bus, tram of metro komen werken, hebben recht op een tussenkomst in hun vervoerskosten. Heeft uw sector geen eigen regeling afgesproken, dan bent u verplicht om tussen te komen indien de afstand tussen de vertrekhalte en de werkplaats ten minste 5 kilometer bedraagt. Vanaf 1 juli 2020 wordt de minimumafstand van 5 km afgeschaft. De tussenkomst verschilt naargelang de prijs van het abonnement al dan niet berekend wordt in functie van de afgelegde afstand: • de prijs hangt af van de afstand: de tegemoetkoming van de werkgever is gelijk aan de prijs van de treinkaart voor de overeenstemmende afstand. Hier gelden m.a.w. ook de bedragen van cao 19/9. De werkgeverstussenkomst is echter beperkt tot 75% van de effectieve kostprijs van het vervoersabonnement; • de prijs is een eenheidsprijs, ongeacht de afstand: de tussenkomst van de werkgever bedraagt 71,8% van de effectieve kostprijs van het vervoersbewijs. De tarieven van De Lijn wijzigen ook vanaf 1 februari 2020. Hierdoor wordt de werkgeversbijdrage in Buzzy Pazz en Omnipas vanaf 1 februari 2020 als volgt: Nettoloon Buzzy Pazz Omnipas 1 maand e 23,69 e 35,18 3 maand e 58,16 e 91,90 12 maand e 154,37 e 236,22 Zijn er wijzigingen aan het trein-, tram-, bus- of metro- abonnnement van uw werknemers, gelieve ons dan een kopie van het nieuwe abonnement te bezorgen, zodat wij de werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten correct kunnen berekenen. 8 Sociaal Secretariaat
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy MzcyMTQ3